Mijn variant van het christelijk geloof
Mijn variant van het christelijk geloof
1 Het leven is behalve mooi en goed, soms/vaak ook akelig en naar. Doorgaans zetten goede en slechte tijden ons leven niet op losse schroeven. Anders is dat met ervaringen van langdurig leed, het verlies van dierbaren, het besef zelf ook te moeten sterven. Dat brengt ons in een crisis: onze wereld stort in en de existentiële vraag naar de zin van het leven komt boven. Wereldwijd en de eeuwen door hebben mensen op die vraag een antwoord gevonden waarmee ze verder konden en dat vormgegeven in hun religies. Die vormgeving is uiteraard tijdgebonden en in zekere vorm misvormd onder invloed van angst en zorgen (uitwerking in Vijver>Iets) 2 In de geschiedenis van het volk Israël zijn het Abraham, Mozes en de profeten die een uniek antwoord vernemen. Zij geven aan dat de werkelijkheid en het leven ten diepste goed zijn, omdat die het werk zijn van een betrouwbare God. Hij alleen is het die alles maakte, dag en nacht in stand houdt en naar Zijn bestemming leidt. Daarom is er ook iets te doen: in vertrouwen leven, goed zijn voor elkaar en zorgvuldig met de schepping omgaan.(uitwerking in Vijver>De Schepper) 3 Zij spreken ook van een Verbond van hun God Jahweh met hun nakomelingen: het volk Israël en van aanwijzingen in de vorm van geboden en verboden en verhalen. Zij leren dat Israël geroepen is om aan de andere volken (gojiem) voor te leven hoe goed het is om die God te kennen en te dienen. Als Israël keer op keer daarin faalt vanwege angst en zorgen (4) en zijn hoge roeping niet weet waar te maken, spreken profeten van een Nieuw Verbond. Want dat God het voor gezien houdt, dat is ondenkbaar. Wat Hij zich ten doel stelde toen Hij hemel en aarde maakte, het leven en de mensen schiep, dat zal er van komen ook.(uitwerking in Vijver>ISraël) 4 Door honger, dorst, armoede, koude, ziekte, pijn, schaamte, schuld, eenzaamheid, verdriet, noodlot, gevaar, ongelukken, geweld, verwoesting en dood gaat het in Israël en bij de goijiem mis, tot op vandaag. Als mensen voelen we ons nu eenmaal bedreigd door die vele vormen van niet-zijn. We durven niet argeloos te leven en vertrouwend er te zijn. Bezorgd zoeken we een houvast in dingen om te hebben en/of in weg te vluchten: geld, goederen, diploma's, ideologie, religie, werk, wetenschap, techniek, prestaties, vertier en vermaak, verdovende middelen enz. Die dingen worden zo belangrijk, dat ze uitgroeien tot goden en machten. Daardoor zijn we niet meer de mensen die we in aanleg zijn - Gods beeld en gelijkenis - maar weerspiegelen we onze goden in denken, voelen, willen en doen. We leven niet in vertrouwen, maar uit angst. Ipv zelf-gave is er ik-zucht. We zijn van God, van de mensen om ons heen en van de natuur vervreemd geraakt en daardoor roepen we boven op het natuurlijke onheil nog meer ellende over ons af.(uitwerking in Vijver>Vervreemding) 5 In de geschiedenis van Israël is er één die God oprecht liefheeft met al wat in hem is, en de mensen om hem heen al net zo: Jezus. Goden en machten krijgen op hem geen vat. Hij heeft dan ook niets: geen gezin, geen huis, geen bedrijf, geen status. Zelfs zijn leven beschouwt hij niet als zijn bezit. In Hem geen angstige ik-zucht, maar vertrouwensvolle zelf-gave. Door hem zal God zijn plan realiseren. Helemaal leeg van ik-zucht is Jezus de Ware Mens die zichzelf geeft aan God die Hij zijn Vader noemt, en beschikbaar voor diens plan. Helemaal vol van Gods liefde is hij de Zoon van God die omziet naar zieken, verlamden, hoeren en tollenaars om hun levens terecht te brengen. Niemand is hem te min. Ze gaan hem allemaal aan het hart. (uitwerking in Steen>Jezus) 6 Zo leeg van angstige ik-zucht en zo vol vertrouwensvolle zelf-gave, dat verdragen de mensen niet. Ze (wij) hebben teveel te verliezen. Daarom ondervindt hij steeds meer tegenwerking en vijandschap. Hij gaat dat niet uit de weg en blijft daardoor irriteren. Zo komt niet alleen Gods liefde in Jezus naar voren, maar ook het geweld dat in mensen schuilt. Tenslotte laten zelfs zijn vrienden hem in de steek. In naam van het geloof wordt hij veroordeeld, gekruisigd en begraven. (uitwerking in Steen>Passio) 7 We begrijpen maar al te goed waarom de mensen deden zoals ze deden. Als ik toen erbij was geweest, was het niet anders gelopen. Zo opent deze geschiedenis de ogen voor het geweld dat in mij en alle mensen schuilt. Ik zak door de grond van schaamte dat ik zozeer door wantrouwen, wanhoop en wanliefde word gedreven. De angst voor het niet-zijn verknoeit ons mensen. Dat is de macht van de zonde in alle afzonderlijke zondes. (uitwerking in Steen>Identificatie) 8 Goddank eindigt het hier niet. Ten derde dage staat Jezus op uit het dodenrijk (Pasen). Gods liefde in Jezus laat zich door ons geweld niet doven. Hij wilde het hebben en hij kon het hebben. De dood is dood! De beslissende slag is geleverd (D-Day). Dit gaat zo in tegen alles wat we van deze wereld en ons leven weten, dat we het alleen maar kunnen aannemen en geloven als de heilige Geest ons zo ver brengt: Pasen en Pinksteren kunnen niet zonder elkaar. (uitwerking in Steen>Pasen en Pinksteren) 9 Als ik door de Pinkstergeest de betekenis van Pasen tot me laat doordringen, is er voor wantrouwen, wanhoop en wanliefde geen voedingsboden meer. De angst voor het niet-zijn maakt plaats voor vreugde om er te mogen zijn. Geloof (vertrouwen), hoop en liefde komen op gang. Ik ben daarin passief: het is Gods Geest die dit bewerkt. Hij neemt me voor Zich in door deze geschiedenis van Jezus. Dat is het evangelie, het goede nieuws van de verzoening die de vervreemding (4) opheft. Toch moet ik ook actief zijn en dit als de waarheid van mijn leven laten gelden. Ik probeer dus het het oude achter mij te laten en op te staan als een nieuwe mens: met het verlangen om Gods Geest in mijn doen en laten, spreken en zwijgen alle ruimte te geven. Zo neem ik een voorbeeld aan Jezus en volg ik Hem op zijn weg naar God en de ander. (uitwerking in Kringen>Ikzelf Nieuw) 10 Als christen-gelovige hoor ik samen bij al die anderen die zich ook dood schamen en blij verrast werden opgewekt tot een leven van geloof, hoop en liefde. Zij vormen samen de ekklesia (gemeente of kerk), het derde volk naast Israël en de andere volken (gojiem). De ekklesia leeft in een Nieuw Verbond met God, dat open staat voor alle mensen uit Israël en uit de volken, ongeacht rang of stand. Daarom doet de gemeente haar best om iedereen met het evangelie bekend te maken. In de hoop dat het gehoor vindt en mensen zich gewonnen geven aan Gods Geest die het nieuwe leven wekt.(uitwerking in Kringen>Nieuw Volk) 11 Het evangelie leidt tot een nieuw verstaan van de tijd: heden, verleden en toekomst zijn voorwerp van Gods reddende handelen. Hij is de Heer van de geschiedenis die een plan heeft en zo de dingen leidt, dat alles moet meewerken ten goede. Dat valt niet na te rekenen of aan te tonen. Op de waarom-vragen is geen daarom te vinden dat bevredigend is. Het is wel een vertrouwen in wie of wat op het eind van alles de touwtjes in handen heeft. Wie op de V-Day de winnaar zal blijken te zijn. (uitwerking in Kringen>Nieuwe Tijd) 12 Het evangelie brengt nieuwe inzichten met zich mee over oorsprong en bestemming van de schepping: op een grandioze manier realiseert God zijn plan met mens en wereld. Het komt goed, ook al gaat het door de diepte heen, omdat Hij zo vasthoudend is. Uiteindelijk zal het zijn 'God alles in allen'. Dan is de vervreemding voorgoed voorbij, de verzoening compleet. De schepping is op de redding in Christus aangelegd.(uitwerking in Kringen>NIeuw Begin en Einde) 13 Tenslotte nodigt het evangelie ons uit om niet bij de woorden Iets (1), Schepper (2) en Here God (3) te blijven staan. We mogen geloven in een God die als een Vader van zijn mensenkinderen houdt ondanks alles, waar wij ons voor schamen of slecht over voelen. In Jezus zijn Zoon heeft Hij door alle dagen naar mensen om te zien. Op het laatst sterft hij tussen twee moordenaars aan een kruis. Jezus heeft God’s liefde onweerstaanbaar gemaakt. Door hem neemt God ons voor Zich in: Hij dringt Zijn liefde niet op; Hij wacht op ons tot wij ons gewonnen geven. Dwz dat we voor Hem een opening bieden om zijn Geest van geloof, hoop en liefde in ons te laten wonen: Zijn licht, Zijn vrede in je hart, ziel, verstand en kracht. Zo raak je als mens betrokken bij Gods innerlijk leven. Je laat je ahw meenemen door de stroom van liefde die Hijzelf is, waaruit alles is voortgekomen, die alles draagt en waarnaartoe alles onderweg is. God is een eenheid van Vader, Zoon en Geest. Dat is het geheim van de werkelijkheid dat nu openbaar is geworden. (uitwerking in Kringen>Opnieuw God) Je ziet dat ik de 'maagdelijke geboorte', 'nedergedaald ter helle' en de 'hemelvaart' uit de traditionele kerkelijke geloofsbelijdenis niet genoemd heb. Dat is omdat je daarover in de bijbel niet zo veel tegenkomt als je misschien zou denken. Wat deze verhalen inhoudelijk als boodschap voor het geloof meegeven, wil ik natuurlijk niet kwijt. Maar ik kan dat heel goed onderbrengen bij deze 13 punten. Ik hoef er geen aparte hoofdstukken aan te wijden en daarmee de indruk wekken dat het voor het geloof belangrijk is te weten hoe Jezus ter wereld kwam, wat hij in het dodenrijk deed en hoe hij in de hemel werd opgenomen. Waarom in punten samengevat? Zie Nodig? De indeling van de site in vijver, steen en kringen correspondeert met de 13 geloofspunten. De eerste vier betreffen de vijver, de volgende vier de steen en vanaf negen gaat het over de kringen. | ||
terug | ||