Jaarwisseling Jaarwisseling

De jaarwisseling
De hoogste en laagste stand van de zon, het krimpen en wassen van de maan, het uitlopen van de natuur enz heeft mensen van oudsher gefascineerd. Op deze fenomenen werd de tijdrekening gebaseerd.

  • Een heel oude kalender is de Assyrische van ongeveer 4750 vC. Die begint in het voorjaar als de natuur weer tot leven komt.
  • In Egypte luidde de jaarlijkse overstroming van de Nijl, die het land vruchtbaar maakte, het nieuwe jaar in.

Oude Testament
De bijbel vertelt in Lev 23: 24v en Num 29:1 dat de eerste dag van de zevende (!) maand (Tisjri) een heillige dag moet zijn. Later zou die dag de naam Rosj Hasjana (begin van het jaar) krijgen1. Het is één van de vier nieuwjaarsdagen zoals wij er ook meerdere hebben: behalve 1 januari, ook 1 augustus (begin schooljaar), 1 september (begin studiejaar) en eerste advent (begin kerkelijk jaar).

  1. eerste Nisan: begin van het jaar voor koningen en feesten,
  2. eerste Eloel: begin van het jaar voor de tienden van het vee,
  3. eerste Sjevat: begin van het jaar voor de bomen en
  4. een en twee Tisjri: begin van het jaar voor het tellen van  het sabbatsjaar, het jubeljaar en de jaren vanaf de schepping.

Rosj Hasjana hoort met Grote Verzoendag of Jom Kippoer (tiende Tisjri) en het Loofhuttenfeest of Soekkot (15 - 22 Tisjri) tot de drie najaarsfeesten. Men viert en beleeft het als de gezamenlijke verjaardag van alle mensen, maar ook als dag van bezinning (vgl onze goede voornemens) omdat men weet zich eens voor God te moeten verantwoorden, zoals Ps 33: 15 aangeeft. 

De Joodse tijdrekening gaat uit van een maanjaar (ruim 29 dagen per maand) en komt dus elk (astronomisch) jaar 11 dagen te kort. Dat zou tot gevolg hebben dat Tisjri en de andere maanden steeds vroeger vallen en verschuiven van de herfst naar de zomer, de lente, de winter en weer de herfst enz. Dat is ongewenst bv omdat je dan de oogstfeesten niet altijd rond de oogst kunt vieren. Om zo'n verschuiving te voorkomen wordt het maanjaar om de paar jaar aangevuld met een dertiende maand.
Maar ook dan vallen de feestdagen het ene jaar een beetje vroeger dan het andere. Omgerekend naar onze kalender die van het zonnejaar uitgaat, kan 1 Tisjri vallen tussen 1 september en 4 oktober. De twee dagen van Rosj Hasjana vielen dit jaar (2023) op vrijdagavond 15 september tot en met zondag namiddag 17 september (een Joodse dag begint in de avond). De Joodse kalender telt nu het jaar 5784 gerekend vanaf de zesde dag van de schepping. Een opvallend beginpunt: niet de stichting van een stad (Rome) of de gebeurtenissen van een bijzonder persoon (Christendom, Islam),  maar iets dat alle mensen gelijkelijk aangaat. Zo spreekt uit deze telling het geloof dat God Koning is over alles en iedereen.

Buiten Israël
Ook buiten Israël in Babylonië en Griekenland is het begin van het nieuwe jaar een populair feest.
De Scandinavische volken en mogelijk ook de Germaanse keken naar de zon. In de langste nacht vierden zij dat de dagen vanaf dan weer langer worden: dat was dus een (winter)zonnewendefeest. Het duurde elf dagen en werd het Joelfeest genoemd.
In Rome vierde men nieuwjaarsdag op 1 maart, bij het begin van het voorjaar, de maand gewijd aan Mars, de god van oorlog en strijd.
De namen september, oktober, november en december betekenen de zevende , achtste, negende en tiende maand gerekend vanaf maart.
De Romeinen telden de stichting van de stad Rome als het jaar 0. Volgen we de historicus Livius (59 vC - 17 nC),dan zou dat in 753 vC zijn geweest.

1 januari
De Romeinse senaat (156 vC) en later Julius Ceasar bepaalden de nieuwjaarsdag op 1 januari. De dag was tegelijk een feest voor de god Janus, die twee koppen heeft. Eén om terug te kijken naar het voorbije jaar, één om vooruit te kijken naar het komende jaar. Het was een populair feest dat gepaard ging met dronkenschap en sexuele uitspattingen.
Later ontstonden er toch weer uiteenlopende 'jaarstijlen' dwz men stelde op verschillende manieren vast wanneer het nieuwe jaar begon. Er was een besnijdenisstijl ( 1 jan) een kerststijl (25 dec) een paasstijl (wisselend) enz. Aan die chaos maakte de Spaanse legeraanvoerder Don Luis de Requesens (1528 - 1576) een einde. Hij bepaalde 1575 de nieuwjaarsdatum op 1 januari en dat is zo gebleven.

Kerk
De kerk kon aanvankelijk het nieuwjaarsfeest niet aanbevelen vanwege de (af)god Janus en het zedeloze gedrag waarmee het feest gepaard ging. Kerkvader Augustinus riep bv de christenen op om dan te bidden en vasten. Men belegde vaak ook speciale diensten op nieuwjaarsdag bv om te gedenken dat Jezus besneden werd, of om Maria te vereren. In de RKK is 1 januari nog altijd het Hoogfeest van Maria Moeder van God.2
Luther en Calvijn en in hun spoor de reformatorische kerken vonden en vinden de jaarwisseling een kunstmatig feest. Want waarom zou je als kerkelijke gemeente bij elkaar komen op de eerste dag van het burgerlijk kalenderjaar? Wat vier je dan? De kringloop van de seizoenen? Het lengen van de dagen?
Het christelijk geloof vereert juist geen natuurverschijnselen. Het is gebaseerd op historische gebeurtenissen in de geschiedenis van het volk Israel en met name het leven, lijden, sterven van Jezus en zijn opstanding. Wie gelooft is gericht op de toekomst en hoopt op de komst van Christus en het rijk van God. Daarom viert de kerk op de eerste zondag van advent het begin van het nieuwe jaar.

Aan de andere kant is het toch ook zo dat het Oude Testament een Rosh Hasjana heeft en dat Jezus dat met de andere Joodse feesten als vanzelfsprekend heeft meegevierd. Daarbij komt dat de meeste christenen wel wat bijzonders voelen rond oud en nieuw, net als ieder ander mens. Terugblikkend: weemoed, spijt, verdriet en/of juist dankbaarheid. Vooruitblikkend hoop, goede voornemens, verwachting en/of bezorgdheid, spanning. En wanneer je als Augustinus wilt dat de mensen zich niet te buiten gaan aan onchristelijk gedrag, dan moet je ze wel wat te bieden hebben. Om zulke redenen belegt een protestantse kerk in veel gevallen toch wel diensten.

  • Op oudejaarsavond vaak een dienst waar men ‘de balans’ op maakt. Men staat stil bij de nieuw geboren en gedoopte leden, degenen die belijdenis deden, degenen die overleden. Maar op veel plaatsen is het gedenken van de doden verplaatst naar de laatste zondag van het kerkelijk jaar. Voor oudejaarsavond is er dan steeds vaker een eenvoudige dienst rond de oudejaarspsalm (Ps 90) of een andere tekst waarin Gods trouw aan mensen in de tijd, in voor- en tegenspoed naar voren komt.
  • Op nieuwjaarsmorgen is er in veel gevallen gelegenheid om elkaar te ontmoeten en de beste wensen te doen, vaak vooraf gegaan door een eenvoudige gebedsdienst, een lezing uit de bijbel gevolgd door een korte overweging.


Oude tradities?
Er wordt weleens beweerd - vooral ttv het nationaal socialisme - dat het maken van lawaai met vuurwerk en carbid op oudejaarsdag teruggaat op het Scandinavische Joelfeest, maar:

  • Of het joelfeest met veel lawaai gepaard ging, is niet bekend. Het 'joel' in de naam staat in elk geval niet in verband met loeien, lawaai maken. Het komt waarschijnlijk van het Oud-Noorse hjol = wiel: het zonnewiel dat het laagste punt bereikt heeft en weer gaat opklimmen. Een andere etymologische verklaring brengt het in verband met geel/yellow dat met schijnen van licht heeft te maken.
  • Vuurwerk is in China ontdekt en het gebruik ervan in het Westen moest wachten tot de eerste handelsverbindingen tot stand waren gekomen (13-e eeuw).
    Pas in de 19-e eeuw was er consumentenvuurwerk, dat echter bij andere gelegenheden werd gebruikt. Na de tweede wereldoorlog gebeurt dat ook op oudejaarsdag. Waarschijnlijk omdat dan vanwege de dekolonisatie veel Indische Nederlanders naar Nederland komen en hun gewoonte om vuurwerk af te steken hier voortzetten.
  • Carbidschieten is mogelijk sinds 1862, daarvoor was het stofje niet bekend. Begin 1900 werd het in het Oosten van het land de manier voor jongemannen om burgerlijk ongehoorzaam te zijn en de veldwachter uit te dagen.

Het lijkt niet erg waarschijnlijk dat deze jonge gewoontes een voortzetting zouden zijn van het Joelfeest dat al meer dan 1000 jaar niet meer gevierd werd.
Om dezelfde reden is het niet niet voor de hand liggend de kerstboomverbrandingen met het Joelfeest in verband te brengen. De kerstboom werd pas vanaf de 18-e eeuw populair door de schrijver Goethe. De vreugdevuren in den Haag en omstreken dateren van na de tweede wereldoorlog.

Andere gewoontes - landelijk

  • Oliebollen. De oorsprong is onduidelijk, mogelijk de zoete oliekoeken die door gevluchte Portugese Joden in Nederland werden geïntroduceerd. In de 19-e eeuw bedachten historici onder invloed van het nationalisme dat oliebollen al door Friezen en Bataven zouden zijn gegeten, tussen 26 dec en 6 jan. Daar is geen bewijs voor. Wel staat vast dat men in de 17-e en 18-e eeuw oliebollen at, het hele jaar door. Pas in de 19-e eeuw kwam het gebruik om die tijdens de jaarwisseling te gebruiken.
  • Slepen of verplaatsen van dingen, bv containers of fietsen, maar ook standbeelden tijdelijk zoek maken.
  • Alcoholgebruik en tot in de kleine uurtjes doorgaan zijn niet specifiek voor de jaarwisseling.


Andere gewoonte -  Twente:

  • Nieuwjaar (af)winnen
  • Toafeln: als gezin bij elkaar aan tafel en heel veel vlees eten,Knieperties  en rollegies:
  • Knieperties: plat rond wafeltje: symbool voor het voorbije jaar dat open ligt
  • Rollegies: opgerold wafeltje: symbool voor het nieuwe jaar dat zich nog moet ontvouwen

Recent
Oudejaarsconference, Jaaroverzichten, Top 2000, Nieuwjaarsduik, Nieuwjaarsreceptie, Nieuwjaarsconcert

 

-----
1 De uitdrukking Rosj Hasjana komt wel voor in Ez 40: 1, maar duidt dan nog niet de eerste dag van het Joodse jaar aan.

2 In de Oosters-Orthodoxe Kerk geldt 13 - 14 januari als nieuwjaarsdag. In de Koptisch-Ethiopische kerk is dat 11 - 12 september.
 

terug