Jak 5: 7 - 8 Jak 5: 7 - 8

tekst: Jak 5: 7v    Vrienden, heb geduld, en wacht op de dag dat de Heer terugkomt. Luister! In de lente en in de herfst wacht een boer tot het gaat regenen. Dan gaat alles groeien, en dan kan hij een grote oogst van het land binnenhalen. Maar tot die tijd heeft hij geduld. 8 Heb geduld, net als die boer, en houd vol! Want de dag dat de Heer terugkomt, is dichtbij.

 

(1) over rijk en arm

We willen liever niet arm zijn:

dat je elk dubbeltje moet omdraaien

geen gezond eten kunt kopen

je kinderen niet op sport kunnen

 

We hoeven niet heel rijk te zijn

maar liever wel genoeg hebben

voor de gewone dingen:

eten en drinken, kleding, school,

dokter en ziekenhuis,

een dak boven je hoofd.


Gelukkig vinden we dat met heel veel mensen in ons land

En met elkaar zorgen we ervoor:

dat niemand op straat hoeft te slapen

iedereen naar het ziekenhuis kan als het moet

iedereen 3x per dag een maaltijd heeft


Tenminste: dat is het idee,

Want ondertussen zijn ze er wel:

mensen in de kou: het gas is zo duur

mensen in rij voor de voedselbank

kinderen niet mee op schoolreisje

mensen die maar niet naar de tandarts gaan

omdat ze de rekening niet kunnen betalen

 

Gaat het om luxe dingen?

dingen die je wel missen kunt?

een tv, een verre reis?

Nee, t gaat om basale levensbehoeften

om gezondheid, kleding

je dagelijks brood.

Ondanks alle goede bedoelingen: toch armoede en gebrek

 

Dat is erg! Dat hoort niet!

In de bijbel hoor je het hele Oude Testament door

de profeten te keer gaan

tegen rijke en machtige mensen

die alleen maar aan zichzelf denken.

 

De Here Jezus zelf ziet om naar wie arm zijn en honger hebben

Hij deelt met hen zijn brood

Vraagt van zijn discipelen om hetzelfde te doen

 

Heeft de bijbel dan iets tegen rijke mensen?

Dat zou je denken als je Jakobus hoort:

wee jullie rijke mensen, het zal slecht met jullie aflopen.

Maar wat hij ze kwalijk neemt

dat is niet dat ze geld hebben,

of een huis, een boerderij, een bedrijf

 

Wat hij de rijke mensen kwalijk neemt:

Dat ze veel geld hebben

en ondertussen hun knechten

die op de landerijen ploegen en zaaien en oogsten

niet hun loon geven!

 

Dat ze kasten vol kleren hebben

veel meer dan ze nodig hebben

Maar liever dan daarvan wat weggeven

laten ze die in de kast liggen verstoffen.

 

Dat ze bergen goud en zilver hebben

Maar zelfs als het door de inflatie wegrot

willen ze er steeds meer van hebben.

Niets gebruiken ze om een ander vooruit te helpen.

 

In de bijbel is het duidelijk:

armoede en honger – dat hoort niet

de aarde brengt meer dan genoeg

er hoeft geen honger te zijn.

 

En geld en bezit – fijn ! als je dat hebt

maar er hoort wel een verantwoordelijkheid bij:

voor wie het minder getroffen hebben

voor wie niet rond kunnen komen.

 

Doen we dat?

Betalen we netjes onze belasting?

Helpen we de overheid

om de sociale voorzieningen in stand te houden?

 

Als we een bedrijf hebben:

krijgt ons personeel een fatsoenlijk salaris

hebben ze op een dag een vast contract

of moeten ze het doen met dan weer wel, dan weer geen werk?

 

Als we rijk zijn aan geld:

steunen we dan misschien ook een goed doel?

 

Als we rijk zijn aan tijd:

helpen we dan ooks eens mee in clara of oostloorn?

 

Als we rijk zijn aan gezondheid

doen we dan ook eens een boodschap,

een klusje voor wie dat niet zelf kan?

 

Als we rijk zijn aan vrienden

nemen we dan ook eens iemand mee uit

die wat eenzaam is?

 

Voor de Here Jezus hoorde het bij elkaar:

geloven in God en zorgen voor je naaste

Zou dat voor ons dan anders zijn?         (zingen - lied:462: 1)

 




(2) over wachten en geduld hebben

Wachten, dat moeten we allemaal wel eens

Wachten op je beurt bij de kapper

wachten op de bus

wachten in de supermarkt

wachten in de file

 

Zonde van de tijd vinden we dat.

Je zit maar en je wacht maar

niets te doen

Nergens goed voor, dit wachten, gewoon vervelend.

 

Er is ook een ander wachten:

je kunt verlangen naar het volgende week-end

met je vriendje, of vriendin

je kunt uitzien naar de dag

dat je op kamers gaat: eindelijk zelfstandig

je kunt zo'n zin hebben in vakantie

 

Wachten op leuke dingen.

Niet zonde van je tijd: er is genoeg te doen

reisplannen maken voor je vakantie,

wat neem ik mee en wat niet

koffers klaarzetten

 

Het is hetzelfde wachten als de boer

die op zijn land tarwe heeft gezaaid.

Daarna moet hij wachten.

Wachten op de regen.

Wachten of de eerste sprietjes al te voorschijn komen

Wachten op de groei

Wachten tot de korenaren vol dikke gele korrels zitten.

Ondertussen?

- ruimt hij de schuur op

- de boerderij krijgt een verfje

- kijkt zijn gereedschap na

Dan pas, na maanden wachten, kan hij eindelijk

het land op en de oogst binnen halen.

 

Wachten moet de boer,

want de dingen hebben tijd nodig.

Het komt wel, de zon, de zomer, de oogst

maar niet op mijn tijd

niet op mijn wens of bevel

maar op het rimte van de natuur

Of ik dat nu leuk vind of niet:

ik moet me daarbij neerleggen

Zo is het nu eenmaal gemaakt.

 

En eigenlijk valt daar best mee te leven.

Je kunt er op aan:

na de winter komt de lente,

dan de zomer en de herfst

En God zag dat het goed was.

 

Daar moet je je als mens in schikken,

je bij aanpassen:

heb geduld en vertrouw erop

dat je op een dag oogsten kunt.

 

En nu zegt Jakobus tegen ons:

vrienden, heb geduld.

Want zoals een boer moet wachten

tot de tijd van de oogst gekomen is

zo moeten wij ook wachten

tot eindelijk gebeuren gaat

waar wij zo naar verlangen:

Honger en armoede voorgoed de wereld uit

oorlog en geweld dat is op een dag voorbij

 

En vrede en vrijheid

licht en geluk en gezondheid

dat breekt op een dag echt aan.

 

God laat ons niet in de steek.

Het koninkrijk der hemelen zet door.

Maar alles op zijn tijd.

Nu een tijd van geduld en wachten

 

Nee, niet dat verveelde, nutteloze wachten in de wachtkamer

Maar dat wachten

van een boer op zijn oogst:

vol hoop en verlangen

aftellend de dagen

 

Wachten en ondertussen genoeg te doen:

Dit is de tijd om ruzies bij te leggen

Om je brood te delen met wie tekort komen

Om te bezoeken wie eenzaam zijn

Dit is de tijd

om samen kerk te zijn

om te vertellen van Jezus

en van de hoop die in ons is.

Om samen God te bidden:

Heer, ontferm U, Uw koninkrijk kome     (zingen - lied: 454: 1 )

 

 

 

(3) over de heer die komt

Op een dag is het zover.

Dan staat de tarwe rijp op de akker

Tijd om te oogsten.

Dan stuurt de boer zijn knechten het land op

en die maaien het koren

zetten het aan schoven

brengen het koren in de schuur

en het onkruid gaat op een grote hoop

en verdwijnt in het vuur.

 

Aan een oogst denkt ook Jakobus:

Dan zal er eindelijk recht verschaft worden

aan al die mensen

die te kort kwamen

die in armoede leefden

die van de honger stierven

die hun loon niet kregen

die verdrukt werden om hun geloof

die zich voor hen inzetten

die deelde van hun brood, hun tijd, hun geld, hun aandacht

die omzagen naar wie te kort komen.

die werk maken van vrede en recht.

 

Staan wij daar tussen?
 

Of staan we in dat andere rijtje:

van de mensen die niets te kort kwamen

die in weelde leefden

die hun brood niet wilden delen

die hun knechten niet betaalden

die alleen maar voor zichzelf leefden

 

Ook die zullen zich moeten verantwoorden.

Voor God

Voor Jezus de Heer

die zo begaan was

met arme en hongerige mensen

met de zieken en eenzamen

Die zijn leven gaf voor

zondaars die hun tekort beseften

die berouw kregen van hun egoisme

die zich bekeerden tot liefde, en vrede en recht

 

Dat mag ik en u en jij op mezelf betrekken.

deze eindeloze liefde is er voor ons allemaal.

En waar we die geloven

en ontvangen

is het of er in ons

iets nieuws ontkiemt:

een nieuw vuur, een nieuwe kracht,

en geloof, en hoop en liefde

komen op gang.

En we beginnen te verlangen

naar de dingen van God

naar het koninkrijk der hemelen

gewoon hier op aarde

gewoon tussen ons mensen.

 

Wachten tot God het brengt

zijn nieuwe wereld van vrede op aarde

alles en iedereen van Gods liefde vervuld

dat grote werk, moeten we aan Hem overlaten

tot het komt

 

Wachtend niet met de armen over elkaar

verveeld de tijd dodend

 

Wachtend bezig met de voorbereidingen:

de kleine werkjes, zo belangrijk:

elkaar helpen waar dat nodig is

voor elkaar bidden

samen de lofzang gaande houden.

 

Geduldig wachten

het komt zo zeker als dat na een winter

de dagen weer langer worden

het voorjaar komt

de natuur weer uitloopt.  AMEN      (Zingen - 466: 1)

terug