Deut 26: 1-15
Deut 26: 1-15
Dankdag 2019. Danken in een tijd van exploderende huizenprijzen, goedkope vliegtickets, zeecontainers overboord geslagen van de MSC Zoë en boerenprotesten. Danken - dat is toch wel een beetje ingewikkeld aan het worden.
(1) Wij willen wel danken voor aardappelen, groente en fruit voor eieren, melk en vlees allemaal spotgoedkoop bij de supermarkt Maar de boeren die daarvoor moeten zorgen die zijn een stuk minder gelukkig: Een paar jaar geleden strenge fosfaat regels en nu worden de stikstormnormen strak aan getrokkken de toekomst van hun bedrijf staat op het spel Helemaal niet dankbaar: Massaal gingen ze naar den Haag om te protesteren En het is maar de vraag of hun protest wat uithaalt.
(2) Vast is er in elk geval 1 persoon heel dankbaar: die deze zomer dit huis verkocht een rijtjeshuis in Amsterdam Zuid weet u wat de vraagprijs was: 1.450.000 Euro En voor iets minder is het ook verkocht. Wat en geld, mooi voor hem... Maar de woningmarkt is zo krap dat overal in het land de huizen duurder en duurder worden Onze kinderen, kleinkinderen komen er haast niet meer tussen Moeten we daarvoor danken?
(3) Begin januari verloor een containerschip boven de waddenzee 340 containers gevuld met kleding, prullen, speelgoed, tv-s schoenen en duizenden kilo's plastic granulaat korreltjes plastic, grondstof om stoeltjes, tafeltjes enz van te maken Zo zag het strand er de volgende dag uit. 700 ton ligt nog in zee, dat is nog onderweg. Danken? Ja de winkels liggen vol met goedkope spulletjes uit het verre oosten Maar dit is de keerzijde van onze consumptie-maatschappij
(4) Wij hebben het goed, we leven comfortabel: een warm huis, een auto voor de deur, en voor een prikkie de wereld over vliegen op en neer naar Barcelona: 16 Euro Maar eigenlijk gebruiken we meer voedsel en energie en vervuilen we meer dan de wereld kan verwerken
Als we niet meer zouden gebruiken dan de wereld aankan dan zitten we in Nederland al op 4 mei aan onze grens Wat we in de rest van het jaar gebruiken onttrekken we aan de reserves. Dus wij kunnen wel dankbaar zijn voor welvaart en comfort. Maar de generaties na ons?
Wat ik wil zeggen is: Je kunt alleen maar blij zijn en danken als je enkel aan je eigen belang denkt: - goedkope spullen in de winkel - een topprijs voor je huis - als je de milieuvervuiling vergeet - en voor een prikje de wereld overvliegt. Dan kun je bidden: Neem onze dank aan En zegen ons ook in het jaar dat voor ons ligt Laat ons onbezorgd werken en genieten
Maar als je denkt aan boeren in de knel aan starters op de woningmarkt aan de milieuvervuiling aan toekomstige generaties? Dan lukt dat danken niet zo. Dan voelen we ons verlegen, bezwaard We kregen zoveel meer...we namen zoveel meer. Danken, waarvoor wel, waarvoor niet?
En er is nog iets. De voorbeelden staan niet los van elkaar. die hangen met elkaar samen Ze hebben alles te maken met de manier waarop we ons leven en werken hebben ingericht De spelregels van onze economie dringen boeren en fabrikanten voortdurende schaalvergroting op dringen consumenten in de rol van koopjesjagers er moet groei zijn: stilstand is achteruitgang meer productie moet er zijn meer omzet tegen lagere kosten: en dus is er schaalvergroting in de landbouw en dus kopen beleggers woningen op en dus kiest een containerschip de kortste route vlak langs de kust en dus zit er op kerosine geen belasting.
Maar de natuur lijdt daaronder: hoe vaak moest u vroeger niet vliegen en muggen van de autoruiten poetsen? En de laatste jaren? zelden of nooit.
En wijzelf lijden eronder: wat zitten er een mensen ziek thuis met een burn-out of zwerven over straat: in de war of vluchten in drank en drugs ze kunnen er niet meer tegen, tegen de stress, de haast, het oppervlakkige Want bij brood alleen kan een mens niet leven.
met de eerste vruchten van de oogst naar de tempel moet, om het daar te offeren. De ene boer in het voorjaar met gerst Een andere 7 weken later met tarwe en de wijnbouwer: in de herfst met druiven.
Door te offeren gaf je als het ware een deel van je oogst aan God terug. Gerst, tarwe, druiven werden verbrand ging in rook op, en steeg op naar boven, naar de hemel : de wereld van God.
De boer die met zijn oogst naar de tempel ging, wist heel best dat dat allemaal symbolisch was. God heeft dat offer helemaal niet nodig. Nee, maar die boer wel... Want hij was blij met de oogst en hij voelde hoe afhankelijk hij was en zijn gezin en zijn volk - van wat de aarde opbrengt
Ja natuurlijk had hij er zelf hard voor gewerkt gezaaid en onkruid gewied Dat was zijn inzet, weken, maanden lang.. zaad, een akker, en mest en regen en zon en dat het allemaal werkt en het zaad ontkiemt en groeit en en in bloei komt en vruchten voortbrengt... dat is allemaal NIET zijn werk, niet zijn uitvinding. Zo treft hij het aan. Het is een gegeven. Waar je 100% afhankelijk van bent Waar je alleen maar dankbaar voor kunt zijn.
Als wij vandaag danken doen wij dat om dezelfde reden: wij beseffen hoe wij afhankelijk we zijn van de aarde, van de akkers, van zon en regen, van de seizoenen Dat is niet onze uitvinding Wij maken gebruik van wat ons gegeven is: dat grote geschenk van de schepping Wij danken dat het er allemaal is: aardappelen, tarwe, vee, aardgas, ijzererts
Israel moest zich dat herinneren. Dat moeten wij ons ook telkens te binnen brengen. Als we die afhankelijkheid vergeten is de schepping niet meer veilig. Dan begint het plunderen: De verwoesting van de oerwouden De vervuiling van lucht en water en bodem.
naar de tempel ging moest ook iets zeggen: een zwervende Arameeër was mijn vader die in Egypte zware dwangarbeid moest verrichten en dankzij God en onder leiding van Mozes was ontsnapt en van 40 jaar van omzwervingen in de woestijn eindelijk was aangekomen in het land van belofte: overvloeiende van melk en honing.
En de boeren van de tweede en derde generatie en alle daaropvolgende moesten dat ook zeggen en de herinnering aan vroeger, aan slechte tijden, levend houden. Dat mocht Israel nooit vergeten eenmaal in het land van belofte
En wij weten misschien nog van de oorlog hoe in de hongerwinter de vluchtelingen uit het westen kwamen voor wat aardappelen en groente. Als je daaraan denkt, weet je wel: er is nu veel om je zorgen over te maken maar we hebben tenminste te eten en te drinken Dat is al heel wat vergeleken met toen
Dat is al heel wat vergeleken met 800 miljoen mensen die in onze wereld elke dat te weinig te eten en te drinken hebben.
Dan komt er weer een beetje tevredenheid terug. Het gaat er niet om dat wij veel geld verzamelen een duur huis bewonen, en vaak op vakantie gaan. We zijn niet geslaagd als we rijk weten te worden We zijn niet mislukt als we het niet redden Het leven draait niet om genieten. Het leven draait om gerechtigheid. maar een ander moet het ook goed hebben.
En wanneer heb ik het goed? Ik heb het goed, als ik genoeg heb, als in mijn eerste levensbehoeften is voorzien dat we naar school kunnen dat er werk is een ziekenhuis als het nodig is. Daarom leert Jezus ons te bidden: Er is nog veel meer om te willen maar dan is het einde zoek. Wees ook eens tevreden. Herinner je de oorlog. Wat heb je het dan goed. Deel mee met Dorcas en deel van je rijkdom.
voor de enorme welvaart in ons land. Want de keerzijde is dat boeren in de problemen zitten en starters op de woningmarkt kunnen geen huis meer kopen en zee en strand raken vervuild met plastic troep En we hebben 3, 4, 5 aardes nodig als we allemaal een huis en een auto en vakantie en luxe willen.
We kunnen God wel danken voor wat hij ons geeft: zeeën en rivieren, bossen en bergen, planten en dieren een prachtige schepping waar wij zo afhankelijk van zijn: We vinden er alles wat wij nodig hebben. Eten en drinken - meer dan genoeg En als wij eerlijk delen - genoeg voor iedereen. Wij moeten tevreden zijn en danken en onze verantwoordelijkheid voor 800 miljoen hongerige mensen beseffen
We moeten God danken, want nog is het niet te laat om de verwoesting van oerwouden het verdwijnen van vogels en vissen het smelten van het ijs te stoppen Daar willen we ook voor danken en onze verantwoordelijkheid beseffen voor de generaties die komen Niet een uitgewoonde planeet willen we hun nalaten.
Geldzucht is de wortel van alle kwaad hoorden we Jakobus zeggen. En hij heeft gelijk. De grote zorgen van vandaag spreken een duidelijke taal. Als je op groei en winst en geld stuurt, roep je de problemen zelf over je af. De wereld is nu eenmaal niet onuitputtelijk. De natuur niet onverwoestbaar.
Er zullen nog heel wat spanningen en betogingen en conflicten zijn voordat we een nieuwe weg zijn ingeslagen. Een waar niet het geld alles voor het zeggen heeft. Een waar het draait om vrede, gerechtigheid en het behoud van de schepping
En ook daarom danken wij God: boeren, directeuren, ministers, geleerden en uitvinders. En voor gewone mensen als u en ik die proberen hun leven, hun wonen en werken aan te passen. AMEN. | ||
terug | ||